In het bestemmingsplan Bergen-Noord is de omschrijving van bestemming voor sport- en recreatiedoeleinden heel ruim geformuleerd. Het gaat om 'terreinen ten behoeve van sport- en recreatieve voorzieningen, zoals sport- en speelvelden'. Anders dan in andere uitspraken over bestemmingsplannen en padel, zijn in het bestemmingsplan Bergen-Noord geen sporten vermeld. Er mogen dus volgens het bestemmingsplan allerlei niet nader gedefinieerde soorten van sport en recreatie worden uitgeoefend. De vraag in hoeverre padel kan worden gelijkgesteld met tennis, is in deze zaak dus niet aan de orde.
Dat bij padelbanen geen sprake zou zijn van een 'speel of sportveld' zoals door eisers is aangevoerd, volgt de rechtbank niet. Ook bij padel is immers sprake van een afgebakend veld om de sport te beoefenen. De hoge wanden die het speelveld bij padel omsluiten zijn op grond van het bestemmingsplan toegestaan als voorziening ten behoeve van de sport.
De rechtbank verklaart het beroep van de omwonenden tegen de verleende vergunning dan ook ongegrond. Tennisclub Bergen mag de padelbanen aanleggen.