De man werd er onder meer van beschuldigd dat hij in 2023 zijn pasgeboren zoon opzettelijk zwaar lichamelijk letsel had toegebracht, met meerdere botbreuken als gevolg. De baby had een gebroken sleutelbeen, gebroken ribben, oogwitbloedingen en meerdere bloeduitstortingen in het gezicht. Ook zou hij breuken hebben in beide polsen. De vader zou de verwondingen bij de baby hebben veroorzaakt doordat hij het kind met kracht bij zijn middel had vastgepakt en in elkaar gedrukt. Ook zou hij de baby met kracht tegen zich hebben aangedrukt.
Zowel de officier van justitie als de advocaat van de man vonden dat er niet genoeg bewijs was voor een deel van de botbreuken, nu een specialist kinderradiologie, die de röntgenfoto's als deskundige heeft beoordeeld, die botbreuken niet met zekerheid heeft kunnen vaststellen. De gebroken ribben, waarvan het bestaan volgens het NFI wel kan worden vastgesteld, komen volgens de vader doordat de baby van de tafel is gevallen, waar hij de baby op het aankleedkussen had gelegd. Ook het gebroken sleutelbeen, de gebroken rib aan de achterkant van het lichaam en de bloeduitstortingen zouden volgens de vader door die val kunnen zijn ontstaan. Ook dat is door het NFI onderzocht, en hoewel een baby van 9 weken gewoonlijk niet zo kan bewegen dat hij van een tafel valt, bleek uit een door de politie afgeluisterd telefoongesprek van de moeder van de baby dat de baby zich al vaker zelfstandig en snel had bewogen en ze daarvan was geschrokken.