De voorzieningenrechter stelt vast dat de standpunten van beide partijen ver uit elkaar liggen en dat aanvullend deskundigenonderzoek nodig is om onduidelijkheid over die verschillende standpunten weg te nemen. Daarom heeft de rechtbank in de bodemprocedure in juli de STAB ingeschakeld. De voorzieningenrechter is onder deze omstandigheden zeer terughoudend in de voorlopige beoordeling van de rechtmatigheid van de vergunning. Met zo’n beoordeling zou namelijk in belangrijke mate worden vooruitgelopen op beantwoording van de vraag wie van partijen gelijk heeft, terwijl juist de rechter in de bodemprocedure daarvoor nadere advisering door de STAB nodig acht.
Om te bepalen of een voorlopige voorziening getroffen moet worden vooruitlopend op de beslissing in de bodemprocedure, maakt de voorzieningenrechter een belangenafweging. MOB hecht aan het natuurbelang en zet zich in om ecologische schade aan het naastgelegen Natura 2000-gebied te voorkomen. Circuit Zandvoort daarentegen heeft inmiddels de F1 vrijwel volledig georganiseerd en heeft hier fors in geïnvesteerd. Het niet doorgaan van de F1 zou direct leiden tot zeer grote schade en mogelijk faillissement voor Circuit Zandvoort.
Nu het oordeel over de rechtmatigheid van de verleende vergunning in de bodemprocedure nog volledig open ligt, laat de voorzieningenrechter de belangenafweging in het voordeel van Circuit Zandvoort uitvallen. De voorzieningenrechter ziet daarom onvoldoende ruimte voor een gehele of gedeeltelijk schorsing van de vergunning.
Zie ook: deze speciale pagina over de rechtszaken rond Circuit Zandvoort.