De rechtbank vindt bewezen dat de vijf verdachten het slachtoffer in de avond van 7 oktober 2019 in zijn huis hebben opgezocht, waar zij hem hebben geslagen en met een vuurwapen hebben bedreigd. Zij hebben zich zo dreigend en gewelddadig gedragen, dat het slachtoffer zich gedwongen heeft gevoeld die nacht met de verdachten mee te gaan om geld te pinnen en dat geld aan hen af te staan. Gekleed in enkel een broek, een T-shirt en slippers en met opgezwollen ogen, is hij door de verdachten rondgereden langs verschillende pinautomaten. Dit is voor het slachtoffer erg angstig en vernederend geweest.
De mannen zijn vrijgesproken van gijzeling van het slachtoffer. Dit heeft te maken met de manier waarop het Openbaar Ministerie die beschuldiging had geformuleerd. Om dit te kunnen bewijzen zou vast moeten komen te staan dat het slachtoffer met de verdachten is meegegaan omdat zij hem met het vuurwapen bedreigden en klappen gaven. Vanwege het tijdsverloop tussen deze gebeurtenissen en het vertrek in de auto later die nacht, kan de rechtbank zo’n direct verband niet vaststellen.