De rechtbank komt tot vrijspraak van zware mishandeling. Alhoewel het gedrag van de man als verwerpelijk kan worden gezien, is niet voldaan aan het vereiste dat hij met zijn rijgedrag bewust een groot risico heeft genomen dat hij de jongen ernstig zou verwonden. Er kon niet zonder twijfel worden vastgesteld dat de man wist dat de jongen zich op zijn fiets zo dicht naast zijn auto bevond dat hij de jongen bij het rechts afslaan moet hebben gehinderd en evenmin dat hij, nadat hij de bocht had genomen, wist dat de jongen vlakbij zijn auto ten val was gekomen.

De rechtbank is wel gekomen tot een bewezenverklaring van het veroorzaken van een verkeersongeval met zwaar lichamelijk letsel. De man heeft een risicovolle situatie in het leven geroepen door met zijn auto dicht achter de hard fietsende jongens aan te rijden. Tijdens deze achtervolging heeft hij harder gereden dan toegestaan en verantwoord was. Hij heeft de jongens opgejaagd en zo op een grensoverschrijdende wijze achtervolgd. De jongens waren bang en in paniek en wilden aan hem ontsnappen en fietsten daardoor zo hard als zij konden. Hij wist dat meerdere jongens op de fiets wegvluchtten, maar was gefocust op één van de jongens en reed doelbewust achter deze jongen aan. Vervolgens heeft de man een scherpe, abrupte bocht naar rechts gemaakt, zonder zich te vergewissen van het naast hem rijdend verkeer. Hierdoor heeft hij het slachtoffer, dat direct naast zijn auto fietste, afgesneden ten gevolge waarvan de jongen is gevallen. De rechtbank gaat er van uit dat de man vervolgens over zijn been is gereden.

Daarnaast heeft de rechtbank ook de bedreiging van de jongens bewezen verklaard. Hoewel de rechtbank niet kan vaststellen dat de man de jongen heeft gezien, stelt de rechtbank vast dat het de bedoeling van de man was om ‘de groep jongens’ schrik aan te jagen. Door te rijden zoals hij deed en doelbewust achter de jongens aan te gaan heeft hij de jongens dan ook bedreigd met zware mishandeling.

De rechtbank heeft de man veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 14 dagen met aftrek van voorarrest, de maximum taakstraf van 240 uren, en een ontzegging van de rijbevoegdheid voor de duur van 18 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren.