Bij het bepalen van de straf heeft de rechtbank gelet op de ernst van de feiten en ook op de eerdere veroordelingen van de verdachte. De rechtbank is daardoor van oordeel dat hier alleen een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van aanzienlijke duur, namelijk 10 maanden, passend is.
Uit twee eerdere voorwaardelijke veroordelingen stonden nog ruim 12 maanden gevangenisstraf open. De rechtbank gelast de gedeeltelijke tenuitvoerlegging daarvan, in totaal 7 maanden. Aan de resterende 5 maanden worden strenge voorwaarden gekoppeld.