Beide gedragingen gingen gepaard met dreigende en intimiderende taal die niet alleen gericht was tegen de getuige, maar ook tegen diens gezin. De poging tot afpersing ging bovendien gepaard met geweld. De rechtbank acht het eerste feite met name ernstig, omdat een ieder onbelemmerd een verklaring ten overstaan van een rechter moet kunnen afleggen. Het frustreren daarvan ondermijnt de rechtsorde.