De marktkoopman gaf aan dat hij Knol en diens publieke activiteiten niet kende en daarom ter goeder trouw zou hebben gehandeld. Volgens de rechtbank is de aanwezigheid van opzet en / of wetenschap van inbreuk bij de inbreukmaker geen vereiste voor optreden door rechthebbenden van Benelux merken en/of auteursrechten. Integendeel, het is de verantwoordelijkheid van de marktkoopman om zich ervan te verzekeren dat hij met de door hem ingekochte en verhandelde producten, en door de wijze van aanbieden daarvan, geen inbreuk maakt op rechten van intellectuele eigendom van derden, zoals Knol.