‘Is er nou geen enkel moment geweest dat u dacht: als ik die klok daar hang kunnen mensen op straat hem zien?’, informeert officier van justitie Meijer. ‘Nee, dat had ik echt niet’, antwoordt Sybren. ‘En het is toch niet verboden om zo’n klok in huis te hebben? Het is verboden om het nationaalsocialisme uit te dragen, maar in mijn eigen huis is zo’n klok toch geen probleem?’ ‘Bent u een rechts-extremist?’, vraagt de officier Sybren op de man af. ‘Nee.’ De officier: ‘Waarom verzamelt u dan die nazisymbolen?’ ‘Toen ik jong was, gingen we naar Kamp Vught en toen ben ik mij gaan interesseren voor de Tweede Wereldoorlog’, antwoordt Sybren. De officier: ‘Dan kun je toch ook dingen verzamelen van de geallieerden?’ Sybren: ‘Dat klopt, maar de Duitse spullen zijn veel mooier.’ ‘Vindt u bepaalde mensen inferieur?’, vervolgt officier Meijer. ‘Nee, nee, ik kan met iedereen door 1 deur.’