Laden...

Op de rol: ‘Ze dacht dat ik aan het flirten was’

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksRechtbank Noord-Nederland > Nieuws > Op de rol: ‘Ze dacht dat ik aan het flirten was’
Groningen, 05 februari 2025

Het is zaterdagnacht en Gino (34)* is met zijn vriendin op stap. Als je op stap gaat in het uitgaansgebied van Groningen, dan doe je dat natuurlijk in de Peperstraat. En wie loopt Gino daar op die warme julinacht in 2024 tegen het lijf? Een oude vriendin. Ze omhelzen elkaar.

Deze blijk van genegenheid valt niet in goede aarde bij Gino's vriendin, die hem met de vlakke hand een klap op zijn achterhoofd verkoopt. Dat pikt Gino niet. 'Sla me niet op m'n hoofd!' Hij schopt eerst en slaat haar vervolgens met een directe vuistslag tegen de grond. Ze blijft roerloos liggen.

Racisten

Een man slaat een vrouw tegen de grond! Wat gaan we nou beleven? Een jongeman, wellicht een student, want die mogen de Peperstraat ook graag bezoeken, neemt het voor haar op. Gino slaat de twintiger, die wegloopt. Gino gaat achter hem aan en slaat hem weer. De politie is op zaterdagnacht nooit ver weg van de Peperstraat. Ze schieten toe en zien de laatste klap. Ook van de toegesnelde agenten is Gino niet gediend. Hij doet moeilijk, wil zich niet in de boeien laten slaan en roept: 'Jullie zijn vieze racisten. Daarom zitten jullie ook bij de politie. Maak me maar los, dan pak ik jullie gewoon.' Gino verdwijnt in een politiebusje en belandt in de politiecel, waar hij zijn roes mag uitslapen. Natuurlijk zijn er videobeelden van de schermutseling voor het café; de Peperstraat hangt vol met camera's.

Boos

'Ik had mijn vriendin niet moeten slaan en zij had mij niet moeten slaan', zegt Gino tegen de Groningse politierechter. 'Ze dacht dat ik met die oude vriendin aan het flirten was, maar dat was niet zo. Dat vertelde ik haar, alleen dat geloofde ze niet. Ze werd bozer en bozer.' Dat een jongen voor haar opkwam, vindt hij overigens niet meer dan normaal. 'Want het ging om een dame, toevallig mijn eigen vriendin.' Maar waarom sloeg hij die jongen dan twee keer?, vraagt politierechter Brouwer. 'Omdat hij begon te schelden met kanker', antwoordt Gino. 'Daar werd ik boos om.' En toen kwam de politie eraan ter pas. Gino: 'Ik heb gelezen wat ze daarover zeggen. Ze doen alsof ik een ontoerekeningsvatbare gek was. Dat ik met mijn hoofd tegen het raam stond en de politieagenten stond uit te dagen. Ik heb niet gevochten met de politie. Ik was boos en ik zette kracht toen ze mijn arm op mijn rug duwden.'

Losbandig

Hij heeft de agenten uitgescholden, geeft Gino toe. 'Ik werd tegen het raam aangeduwd en ze pakten me redelijk hard aan. Dat was misschien wel te begrijpen, maar in mijn ogen was het niet nodig. Ik was boos.' En hij was beschonken. 'Ik weet niet meer hoeveel ik had gedronken, maar ik wist nog wel wat ik deed.' 'Als u wist wat u deed, waarom liet u het dan zo uit de hand lopen?', vraagt de Groningse politierechter. Gino: 'Ik denk omdat je toch wat losbandig wordt van alcohol. Je doet en zegt gemakkelijker dingen. Na die nacht heb ik eigenlijk ook niet meer gedronken en ben ik niet uitgegaan. Toen ik uit het cellencomplex kwam, heb ik mijn vriendin meteen gebeld, ik ben naar haar huis gefietst en ben die nacht bij haar blijven slapen. “Dit mag niet meer gebeuren", zei ik tegen haar, en het is ook niet meer gebeurd. We gaan nog steeds met elkaar.'

Stom

Het valt de officier van justitie op dat Gino vindt dat anderen iets hebben misdaan in de Peperstraat: zijn vriendin, die hem niet had moeten slaan, de jongeman die niet had moeten schelden, de politie die hem niet zo hardhandig had moeten aanpakken. ‘Maar we hebben het vandaag over u’, zegt officier De Ruijter. ‘Als ik u zo zie, dan vermoed ik dat u naar de sportschool gaat. Is uw vriendin net zo sterk als u?’ ‘Dat weet ik niet’, reageert Gino. De officier: ‘U doet alsof het de normaalste zaak van de wereld is om je vriendin en een omstander te slaan.’ Dat vindt Gino niet. ‘Ik reageerde verkeerd, ik ben heel stom geweest. Ik zei net dat ik het tof vond van die jongen dat hij voor mijn vriendin opkwam, alleen escaleerde het.’ De officier: ‘Door wat u deed.’ ‘Gino: ‘Dat is waar.’

Bovenlijf

De zaak is zo helder als glas, vindt officier van justitie De Ruijter. De getuigenverklaringen, de videobeelden en wat Gino heeft gezegd vertellen het hetzelfde verhaal. Gino heeft zijn vriendin en een omstander mishandeld, de politie uitgescholden en zich verzet tegen zijn arrestatie. Hij verdient daarvoor een werkstraf van 80 uur. Zeker, Gino heeft zijn vriendin en een omstander mishandeld, maar hij heeft zich niet verzet tegen zijn aanhouding, vindt Gino’s advocaat Baas. ‘Aanspannen van je bovenlijf en armen is iets anders dan je verzetten. Mijnheer gedroeg zich niet gewelddadig.’ Als de politierechter met haar eens is, dan zou hij Gino een werkstraf van 60 uur kunnen geven. De officier reageert: ‘Het verzet had erger gekund, maar je moet gewoon meewerken als de politie je aanhoudt, klaar.’

Verzet

'Ik geef toe, het is wat dunnetjes, maar de officier van justitie heeft gelijk: uit het spannen van uw spieren blijkt weerstand. Dat levert verzet bij aanhouding op', besluit politierechter Brouwer. Over de andere misdragingen is geen discussie. 'U hebt fors geweld gepleegd tegen uw vriendin en tegen een omstander. U hebt ook politieagenten beledigd. U hebt voor onveiligheid gezorgd in het uitgaansgebied van Groningen.' De rechter doet wat de officier voorstelt en geeft Gino een werkstraf van 80 uur. 

* Dit is niet zijn echte naam.

Lees hier meer 'Op de rol'-verhalen.

Uitspraken