De zeven mannen hebben in aanloop naar de zitting zogeheten procesafspraken gemaakt met het openbaar ministerie. De mannen hebben geen inhoudelijk verweer gevoerd tegen de beschuldigingen en hebben afgesproken geen hoger beroep in te stellen. In ruil daarvoor heeft het openbaar ministerie de strafeisen tegen de mannen gematigd.
Procesafspraken hebben tot doel om de strafrechtketen te ontlasten. Doordat de verdachten geen verweer voeren en geen hoger beroep instellen, kan in omvangrijke strafzaken veel zittingsruimte worden bespaard. De Hoge Raad heeft in 2022 geoordeeld dat het maken van procesafspraken niet in strijd is met het Nederlandse strafprocesrecht. Wel moet de rechtbank goed onderzoeken of de afspraken vrijwillig tot stand zijn gekomen, of er voldoende bewijs is voor de beschuldigingen en of de geëiste straffen in een redelijke verhouding staan tot de ernst van de zaak. De rechtbank is in alle zeven zaken van oordeel dat aan die voorwaarden is voldaan. De rechtbank heeft daarom in lijn met de gemaakte afspraken vonnis gewezen. Aan de mannen zijn gevangenisstraffen van 15 tot 36 maanden opgelegd.