Na het uitbreken van de oorlog in Oekraïne zijn veel mensen uit Oekraïne gevlucht. Het COA (Centraal Orgaan opvang asielzoekers) kon de toestroom van ontheemden uit Oekraïne niet aan. Op verzoek van het kabinet hebben gemeenten deze taak daarom op zich genomen. 

De gemeente Het Hogeland vangt ook ontheemden uit Oekraïne op. De gemeentelijke opvang is vol. Er was daarom geen plek voor een Oekraïens stel dat zich bij de gemeente meldde met de vraag om opvang. De gemeente heeft geprobeerd ergens anders een opvangplek voor hen te vinden, maar dat is niet gelukt. Landelijk is er een tekort aan plekken.  

Het college heeft in de stukken en tijdens de zitting een toelichting gegeven op de opvangproblematiek. De rechtbank heeft begrip voor de problematiek bij de opvang van ontheemden uit Oekraïne waarmee het college te maken heeft. De rechtbank begrijpt ook dat gemeenten van elkaar en van het rijk afhankelijk zijn om de opvangproblematiek op te lossen. Toch oordeelt de rechtbank dat het college opvang moet bieden aan de Oekraïners. Volgens de rechtbank heeft het college op grond van Europese én nationale wet- en regelgeving een resultaatsverplichting om opvang te bieden aan ontheemden uit Oekraïne. Dit betekent dat als de gemeentelijke opvang vol is, het college een alternatief moet zoeken. Dat kan bijvoorbeeld door een plek elders in de provincie of zelfs landelijk te zoeken of door de ontheemde geld te geven waarmee hij zelf een plek kan zoeken.

Het stel uit Oekraïne heeft inmiddels, na een eerdere uitspraak van de voorzieningenrechter, tijdelijk opvang gekregen in Het Hogeland. De rechtbank heeft nu bepaald dat het college van Het Hogeland deze opvang moet blijven bieden.