Omdat GS nog over de bezwaren van verzoekers tegen de omgevingsvergunning moet oordelen en bovenstaande tekortkomingen misschien in het besluit op bezwaar kunnen worden gerepareerd heeft de voorzieningenrechter ook beoordeeld of het besluit inhoudelijk in bezwaar stand zou kunnen houden. De voorzieningenrechter constateert dat de tellingen van de damherten niet inzichtelijk zijn gemaakt en met de nodige onzekerheden zijn omgeven en dat ook het aantal ongevallen met de nodige onzekerheden is omgeven maar dat wel vast staat dat de roedels groeien en dat daarmee de kans op ongelukken toeneemt. Anders dan verzoekers is de voorzieningenrechter er niet op voorhand van overtuigd dat die groei op korte termijn zal stabiliseren vanwege voedseltekort. De voorzieningenrechter is echter ook van oordeel dat het college onvoldoende heeft onderbouwd dat er op dit moment een noodzaak is tot ingrijpen op een wijze zoals die nu is vergund. De voorzieningenrechter vindt onvoldoende gemotiveerd wat de natuurlijke omvang van de populatie zou zijn in het betrokken gebied en, nu dit de enige reden voor afschot is, bij welke omvang van de populatie er sprake zou zijn van een voldoende veilige verkeerssituatie en tenslotte of de afschot zoals die nu vergund is ook het gewenste effect zal hebben.