De verdachte kreeg in oktober 2022 op het terras van een cafetaria in Best ruzie met een andere man. Ze raakten verwikkeld in een verhitte woordenwisseling. Nadat de verdachte de ander omverduwde, raakten ze met elkaar in gevecht. Het slachtoffer deelde een kopstoot uit en vervolgens werden over en weer klappen uitgedeeld en werd geduwd en getrokken. Tijdens de worsteling haalde de verdachte een scherp voorwerp tevoorschijn en stak het slachtoffer meerdere keren in zijn bovenlijf.

Het slachtoffer bleek uiteindelijk aan een steekwond in zijn borst te zijn bezweken. De andere steken waren niet dodelijk. Volgens de advocaat moet de verdachte worden vrijgesproken, want er zou geen bewijs zijn dat hij de man in zijn borst had geraakt. Hij stelt dat dit ook door een ander gedaan zou kunnen zijn.

De rechtbank verwerpt dit alternatieve scenario gelet op de camerabeelden waarop de ruzie en de steekpartij te zien zijn. Ook is geen sprake van een noodweersituatie. De verdachte bedreigde het slachtoffer en gebruikte als eerste geweld. Vervolgens werden over en weer klappen uitgedeeld.

De rechtbank spreekt van een laffe daad. De verdachte pakte in een gevecht van man tot man welbewust een wapen en gebruikte dit tegen een ongewapende tegenstander. Hij beschikte hiermee over het leven van een ander en bracht de familie en vrienden van het slachtoffer groot en onherstelbaar leed toe. Het voorval was ook bijzonder schokkend voor de bezoekers die in het café aanwezig waren en die getuige waren van het gewelddadige incident.

Daarbij komt dat de verdachte geen verantwoordelijkheid voor zijn daden neemt. Hij stelt zich door de kopstoot van de verdachte niets meer te kunnen herinneren van het voorval. De rechtbank vindt dit niet geloofwaardig. Er is geen medisch bewijs voor en op camerabeelden is te zien dat de verdachte niet buiten bewustzijn was en dat hij direct na het incident zelfstandig met de auto naar huis kon rijden. Volgens de rechtbank veinst de verdachte het geheugenverlies en verschuilt hij zich hierachter tijdens het proces.

Al met al kan de rechtbank zich vinden in de eis van de officier van justitie. Naast de celstraf van 10 jaar moet de verdachte een schadevergoeding van 20.000 euro betalen aan de echtgenote van het slachtoffer.

De zoon van de verdachte werd in maart jl. al veroordeeld tot een gevangenisstraf van 2 jaar voor het neersteken van zijn zwager, de stiefzoon van het dodelijke slachtoffer. Dit gebeurde vlak vóór het incident tussen de verdachte en het slachtoffer.