De verdachte heeft de man het meest fundamentele recht waarover iemand beschikt ontnomen: het recht op leven. Bovendien is hij volgens de rechtbank respectloos met het lichaam van de man omgegaan. Het slachtoffer was nog niet lang voor het incident zijn thuisland ontvlucht vanwege het dreigende gevaar daar en laat onder meer 3 jonge kinderen na. Het leed voor de nabestaanden is groot en onherstelbaar en de gebeurtenissen hebben een diepe en blijvende impact op hun leven. Bovendien heeft de verdachte de kinderen van de man, andere nabestaanden en zijn omgeving voorgelogen tijdens de periode dat het slachtoffer werd vermist. Hij liet hen in de waan dat de man nog in leven was. Door de nabestaanden op deze wijze in het ongewisse te laten, heeft de verdachte hun leed vergroot. Het feit dat hij direct na het overlijden van de man heeft geprobeerd zijn plek als vader in het gezin in te nemen, getuigt eveneens van een groot gebrek aan piëteit. Ook is de verdachte volledig voorbijgegaan aan de gevoelens van derden, door het lichaam op een dergelijke manier achter te laten. De rechtbank denkt daarbij aan de getuige die het slachtoffer vond, de hulpdiensten die zich daarna over het lichaam ontfermden, maar ook aan de lokale gemeenschap die geschokt werd door de lugubere vondst in het bos.