Tijdens de zitting op 21 november vorig jaar vond het hof het te vroeg om
zondermeer over te gaan tot de (gedeeltelijke) tenuitvoerlegging van de
voorwaardelijke straf, zoals het OM had gevraagd. De maatschappij is
uiteindelijk meer gebaat bij de behandeling van Van der V. dan bij simpelweg een
gevangenisstraf. De drie betrokken partijen – Openbaar Ministerie, Reclassering
Nederland en Van der V. – kregen opdracht op zoek te gaan naar een gemeente die
Van der V. onderdak wilde geven. Waarna afspraken gemaakt konden worden over
zijn behandeling. De partijen hadden hiervoor tot 1 maart 2012 de tijd
gekregen.
Tijdens de zitting van vandaag wees het hof het verzoek van de advocaat van
Van der V. om de zaak nog langer aan te houden, af.
De advocaat-generaal eiste gedeeltelijke tenuitvoerlegging van 3 maanden
gevangenisstraf, met als bijzondere voorwaarden dat Van der V. zijn toekomstig
verblijfplaats bekend maakt en mee zal werken aan huisbezoeken van de
reclassering.
De uitspraak is op 15 maart om 9.30 uur.