De verdachte overviel op 25 december 2014 samen met anderen een woning in Eindhoven. Tijdens de overval bedreigden de verdachten de bewoner en gebruikten zij geweld. Ze grepen de bewoner bij zijn mond/keel en hebben hem de badkamer in geduwd. Op een indringende en dreigende wijze vroegen ze om het geld. Als hij de badkamer zou verlaten dan zou er iets ergs met hem gebeuren. De verdachten stalen een televisie, laptop, telefoon, portemonnee met inhoud en een hoeveelheid sleutels.

Bij het bepalen van de straf  heeft de rechtbank in het nadeel van de verdachte meegewogen dat hij een ernstige inbreuk heeft gemaakt op de persoonlijke levenssfeer van het slachtoffer en zijn gevoel van veiligheid in zijn eigen woning. De verdachte en zijn mededaders hebben geen enkel respect gehad voor de lichamelijke integriteit en de woning en de eigendommen van het slachtoffer. Daarnaast hebben de verdachte en zijn mededaders enkel oog gehad voor hun financiële belangen, zonder stil te staan bij de ernstige - met name psychische - gevolgen die een woningoverval kan hebben voor het slachtoffer.

In het voordeel van de verdachte weegt mee dat hij verantwoordelijkheid heeft genomen voor zijn aandeel in de overval, onder meer door in een vroeg stadium openheid van zaken te geven en mee te werken aan het onderzoek. De verdachte is weliswaar medepleger, maar hij is niet de initiator geweest.

Om te voorkomen dat de verdachte in de toekomst nieuwe strafbare feiten begaat, en in het kader van hulpverlening aan de verdachte legt de rechtbank een deels voorwaardelijk gevangenisstraf op. Daaraan worden een aantal bijzondere voorwaarden gekoppeld. Zo moet hij onder meer meewerken aan plaatsing in een instelling voor begeleid wonen of maatschappelijke opvang en inzage geven in zijn financiële situatie.
De verdachte moet het slachtoffer een schadevergoeding betalen van 813,16 euro.

De zaken van de twee medeverdachten zijn nog in behandeling.