Bij het bepalen van de straf houdt de rechtbank er rekening mee dat de verdachte door mensen te smokkelen een ernstige inbreuk op de Nederlandse rechtsorde maakte. Hij doorkruiste het overheidsbeleid tot bestrijding van illegaal verblijf en doorreis op grove wijze. Ook maakte de verdachte zich schuldig aan een poging tot doodslag op de agent van de marechaussee en op de 6 inzittenden in zijn auto. Deze situatie moet voor de gesmokkelden zeer beangstigend zijn geweest, zij vreesden voor hun leven. De agent kampt nog steeds met de psychische gevolgen van wat hem is overkomen. De verdachte bekommerde zich echter volstrekt niet om het welzijn van de anderen. Sterker nog, hij vluchtte zelf uit de auto en liet de gesmokkelden - in een nog rijdende auto - aan hun lot over. Tot slot weegt mee dat de verdachte geen berouw toonde voor wat hij heeft gedaan. Al met al vindt de rechtbank een celstraf van 3,5 jaar op z’n plaats.