De rechtbank gaat, in navolging van de conclusies van het Pieter Baan Centrum (PBC), uit van een grote kans op herhaling. De rechtbank neemt de conclusies en adviezen van de deskundigen van het PBC over. Met hen is de rechtbank van oordeel dat de veiligheid van anderen dan wel de algemene veiligheid van personen het opleggen van de maatregel van terbeschikkingstelling noodzakelijk maakt.
De rechtbank legt een lagere gevangenisstraf op dan de officier van justitie eiste, onder meer omdat de uitvoering van de tbs-maatregel niet te lang op zich moet laten wachten.
De rechtbank veroordeelt de verdachte ook tot het betalen van schadevergoedingen van in totaal ruim 14.000 euro aan de slachtoffers.