Bij het bepalen van de straffen houdt de rechtbank er rekening mee dat de bewoners van de woning zeer angstige momenten hebben doorstaan. Het is alleen aan de vader en andere gezinsleden te danken dat er geen doden of zwaargewonden zijn gevallen. Bij het bedrijfspand ontstond forse schade; waarschijnlijk zal dit in totaal in de honderdduizenden euro's zijn gelopen. Dit alles rekent de rechtbank de verdachten zwaar aan. Het is de rechtbank verder duidelijk dat de brandstichtingen onderdeel zijn van een intimidatiecampagne tegen een bepaald bedrijf of daarbij betrokken personen. Dat de verdachten hieraan, bewust of onbewust, hebben meegewerkt weegt de rechtbank als strafverzwarend mee.
Al met al vindt de rechtbank dat de eis van de officier van justitie (6 jaar cel) de ernst van deze delicten onvoldoende recht doet en legt dan ook zwaardere straffen op. Van de 7 jaar cel is ongeveer 5 jaar toe te rekenen aan de woningbrand en ongeveer 2 jaar aan de brandstichting bij het bedrijfspand. Naast deze celstraf moeten de verdachten bovendien schadevergoedingen van in totaal bijna 16.000 euro aan het gezin betalen. Drie betrokkenen bij het bedrijfspand kunnen hun vorderingen indienen bij de burgerlijke rechter omdat de behandeling hiervan een te grote belasting is voor het strafproces.