Laden...

7,5 jaar cel voor betrokkenheid bij drugslabs in Esch en Rilland

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksRechtbank Oost-Brabant > Nieuws > 7,5 jaar cel voor betrokkenheid bij drugslabs in Esch en Rilland
's-Hertogenbosch, 28 maart 2022

De rechtbank Oost-Brabant heeft een 52-jarige man uit Boxtel veroordeeld tot een gevangenisstraf van 7,5 jaar. Hij maakte deel uit van een criminele organisatie die betrokken was bij een drugslab in Esch en bij een lab in aanbouw in Rilland. Ook had de man xtc en amfetamineolie in bezit.

De man kwam bij de politie in beeld nadat hij een ontmoeting had met een verdachte in een andere strafzaak. Na nader onderzoek werd hij zelf ook verdachte, plaatste de politie een peilbaken onder de auto van de Boxtelaar en luisterde zijn telefoon af.

Foto ter illustratie

Nadat de politie over de tap had gehoord dat de verdachte een drugslaboratorium wilde ontmantelen, trof de politie in juli 2019 in de kelder van de toenmalige woning van de man in Esch een drugslab aan. In dat lab bleken, sinds oktober 2018, achtereenvolgens xtc en amfetamine te zijn geproduceerd. Later diezelfde maand trof de politie in de schuur en in een woning in Rilland meerdere goederen en stoffen aan die gebruikt kunnen worden voor de productie van xtc. Dit lab was nog niet in werking, maar kon wel snel in gebruik worden genomen.

Volgens de verdediging bestond er geen redelijk vermoeden dat de verdachte betrokken zou zijn bij criminele activiteiten en was het hele opsporingsonderzoek onrechtmatig. De verdachte zou dan ook moeten worden vrijgesproken. De rechtbank ziet dat anders. De resultaten van het opsporingsonderzoek kunnen dan ook gewoon als bewijs dienen.

Ook gaat de rechtbank voorbij aan de verklaring van de verdachte dat hij werd gechanteerd en dat hij onder druk zijn kelder ter beschikking stelde. Uit alle bewijsmiddelen blijkt volgens de rechtbank dat de verdachte als laborant heeft gewerkt, mensen aanstuurde, aankopen deed en zelfs zeggenschap had om de productie in de kelder te beëindigen. Ook was er sprake van een nauwe en bewuste samenwerking tussen de verdachte en andere betrokkenen. Die medeverdachten zijn overigens eerder al door de rechtbank Zeeland-West-Brabant veroordeeld voor hun betrokkenheid.

Zwaardere straf

De officier van justitie eiste een celstraf van 6,5 jaar voor de verdachte. De rechtbank ziet echter reden om zwaarder te straffen. In Esch was namelijk sprake van twee werkende en professionele drugslabs omdat er op die locatie eerst xtc en daarna amfetamine is gemaakt. Daarbij ging het om een behoorlijke periode en (gelet op de hoeveelheid afvalstoffen) vermoedelijk om een zeer grote hoeveelheid xtc en amfetamine. Bovendien droeg de verdachte bij aan een drugslab in aanbouw in Rilland, dat zo goed als gereed was voor gebruik. Verder weegt de rechtbank de rol van de verdachte mee. Hij functioneerde binnen de organisatie als een soort meewerkend voorman door productiewerkzaamheden te verrichten en de laboranten in het lab in Esch aan te sturen. Ook onderhield hij nauw contact met de financiers en verrichte hij andere hand- en spandiensten voor hen.

Gelet op dit alles vindt de rechtbank een celstraf van 8 jaar op zijn plaats. In dit geval is echter sprake van een te lang tijdsverloop tussen aanhouding in juli 2019 en de veroordeling. Omdat de verdediging hier niets aan kan doen, krijgt de verdachte een zogeheten strafkorting. Dit betekent dat hij een celstraf van 7,5 jaar krijgt.

Uitspraak