Deze procedure is bedoeld om in afwachting van de uitkomst van de bezwaarprocedure een voorlopige maatregel te treffen. De voorzieningenrechter kan dit alleen doen als "onverwijlde spoed" dat vereist. Bij een louter financieel geschil, zoals in deze zaak, is dat niet snel het geval. De rechter kan uit de financiële stukken niet afleiden dat een faillissement dreigt of dat de exploitant in acute financiële nood zal komen als het terrein wordt gesloten. De exploitant huurt namelijk nog 2 andere percelen waar hij kan doorgaan met zijn werkzaamheden.
De rechter bepaalt daarom dat de burgemeester mag overgaan tot sluiting van het perceel. Hij mag dit wel pas over 2 weken doen. Dit biedt de exploitant de gelegenheid zich voor te bereiden op de sluiting, onder meer door een spuitcabine die in het bedrijfspand staat af te breken en eventueel te verplaatsen naar een van zijn andere panden.