De nertsenhouderij zat jarenlang in Beek en Donk, maar moest daar plaatsmaken vanwege de verdere ontwikkeling van een aangrenzend bedrijventerrein. De eigenaar van het bedrijf kwam met de gemeente Laarbeek overeen dat zijn bedrijf kon worden overgeplaatst naar een locatie in Bergeijk. De burgemeester en wethouders van die gemeente verleenden in januari 2017 een vergunning voor het houden van maximaal 13.000 nertsen in Bergeijk. Verschillende partijen (waaronder stichtingen op het gebied van milieu- en dierenbescherming) stelden hiertegen beroep in. Zij vrezen voor een nadelig gezondheidseffect door vrijkomende ammoniak op de nertsenhouderij. Ook denken zij dat de nertsenhouderij te veel bijdraagt aan de geurbelasting in het gebied.

De rechtbank kent geen onderzoeken waaruit blijkt dat de uitstoot van zogeheten endotoxinen vanwege het houden van nertsen risico’s heeft. Bovendien heeft de GGD een positief advies gegeven. Daarom hoeft de gemeente geen verder onderzoek te doen. In de oude en in de nieuwe provinciale Verordening ruimte is niet precies bepaald welke gebouwen moeten worden meegenomen in het onderzoek naar de bijdrage van het bedrijf aan de geurbelasting in het gebied. De gemeente mag kiezen, maar moet de keuze wel motiveren. Dat heeft zij echter niet gedaan. In de toelichting op de nieuwe provinciale Verordening ruimte is wel aangegeven hoe bij het onderzoek moet worden omgegaan met dieren zoals nertsen of melkrundvee. Omdat onvoldoende vaststaat of nertsen in een gesloten stal bijdragen aan de geurbelasting in de omgeving, mag de geurbelasting van deze nertsen buiten beschouwing worden gelaten. De fout van de gemeente heeft daarom geen gevolgen voor de nertsenhouderij.