De voorlichting of instructie was veelal mondeling door meerdere personen, waarbij verantwoordelijkheden niet duidelijk waren belegd. Het was voor werknemers niet duidelijk wie toezicht hield. Op het moment van het ongeval wist zelfs niemand precies wat het slachtoffer aan het doen was, waardoor toezicht daarop simpelweg niet mogelijk was. Bovendien was bij het strippenrek geen instructie met daarop beschreven de wijze waarop werkzaamheden moesten worden verricht, zoals bijvoorbeeld wel instructies zaten op de machines in het bedrijf.