De fiscus erkent dat zij de beslistermijn heeft overschreden, maar zegt dat dat komt door bijzondere omstandigheden. Er kwamen namelijk veel meer aanvragen voor herbeoordeling van de kinderopvangtoeslag binnen dan was verwacht: 54.000 in totaal. Deze aanvragen – en eventuele bezwaren – beoordeelt de Belastingdienst naar eigen zeggen zorgvuldig en dat kost tijd. Daarom vragen zij de rechtbank om af te wijken van de standaard beslistermijn van 2 weken; zij willen 12 weken.
Die termijn van 12 weken zou volgens de dienst pas moeten ingaan als de herbeoordeling daadwerkelijk begint. Volgens de Belastingdienst is dat eerlijker voor ouders die niet procederen. De verzoeken van ouders worden namelijk op volgorde van binnenkomst in behandeling genomen. Als de rechter een beslistermijn vastlegt en ook nog dwangsommen in het vooruitzicht stelt bij ouders die een procedure starten (zoals bij de man uit Reusel), dan moet de Belastingdienst die zaken voorrang geven. Ouders die niet naar de rechter stappen, zouden dus nog langer moeten wachten, zegt de overheidsdienst.