De man heeft de nabestaanden onherstelbaar leed aangedaan. Dit rekent de rechtbank hem aan. Tegelijkertijd ziet de rechtbank een gebroken man, die ook zelf zwaar is getroffen door wat hij heeft aangericht. Hij kampt met PTSS en is in een sociaal isolement gekomen. Bovendien is hij schuldbewust en neemt zijn verantwoordelijkheid. Kort na het ongeval zocht hij met zijn gezin contact met de nabestaanden en betuigden zij hun medeleven. Dat hebben de nabestaanden gewaardeerd. Ook is hij vanwege de impact van het ongeval gestopt met drinken van alcohol.
Desondanks ziet de rechtbank, anders dan de officier van justitie, aanleiding om een celstraf op te leggen. Wel geheel voorwaardelijk, als stok achter de deur. Daarnaast krijgt hij een maximale taakstraf. Hoewel gezien de ernst van het delict en de gevolgen een onvoorwaardelijke rijontzegging op zijn plaats zou zijn, volstaat de rechtbank met een geheel voorwaardelijke rijontzegging van twee jaar. Dit omdat de man hoge financiële lasten heeft vanwege het terugbetalen van de schade aan de verzekeraar, en hij na het ongeval minder opdrachten voor zijn eenmansbedrijf krijgt. Zonder rijbewijs heeft de man geen inkomen en zouden de financiële gevolgen voor hem en zijn gezin nog groter worden.