De verdachte bekende dat hij in maart vorig jaar in een kast op een slaapkamer in zijn appartement in Eindhoven een aantal keukenmachines had staan waarin hij stoffen aan het mengen was. De verdachte was aan het experimenteren met onder andere theepoeder. Toen hij een licht ontvlambare vloeistof aan het mengsel toevoegde, kwamen er dampen vrij die in de beperkte ruimte van de kast een explosief gasmengsel vormden. Door vonken die ontstonden door het in- en uitschakelen van de keukenmachines ontplofte dit gasmengsel. De ruit en een deel van het kozijn werd uit de gevel van het appartement geslagen en enkele binnendeuren vlogen uit de sponning. Volgens de rechtbank veroorzaakte de verdachte gevaar voor zwaar lichamelijk letsel door brandbare stoffen en chemicaliën te mengen. Zijn dochtertje lag in een naastgelegen slaapkamer en had door delen van de deuren geraakt kunnen worden.
In het appartement trof de politie bovendien 130 gram hennep, een boksbeugel en een stroomstootwapen aan.