De verdachte reed in september 2021 met de auto van zijn moeder over de Noord-Brabantlaan in de richting van de Heerbaan. Zo rond half 3 ’s nachts kwam hij ter hoogte van de kruising met de Van der Muydenstraat in botsing met een fietser. Het slachtoffer is met ernstig letsel overgebracht naar het ziekenhuis en overleed enkele dagen later aan de gevolgen van het ongeval.

Op basis van onderzoek en het uitlezen van de informatie uit de auto, blijkt dat de verdachte met een snelheid van ongeveer 97 kilometer per uur over de Noord-Brabantlaan reed, waar 50 kilometer per uur als maximale snelheid is toegestaan. Uit een blaastest na het ongeval bleek de hoeveelheid alcohol bij de verdachte te hoog. Ook scoorde een afgenomen speekseltest positief op cocaïne en amfetamine.

De verdachte heeft door zeer onvoorzichtig en onoplettend rijgedrag een dodelijk verkeersongeval veroorzaakt, oordeelt de rechtbank. Onder invloed van alcohol en drugs heeft hij te hard gereden en is zo erg onoplettend geweest.

Bij het bepalen van de strafmaat heeft de rechtbank nog meegenomen dat het slachtoffer door rood licht reed, geen licht op zijn fiets aan had en donker gekleed was. Dat neemt niet weg dat verdachte zeer onvoorzichtig en onoplettend verkeersgedrag vertoonde waardoor het aan zijn schuld te wijten is dat het fatale verkeersongeval plaatsvond.

De verdachte deed de nabestaanden onherstelbaar leed aan. De impact van het fatale ongeval is zeer groot. Toch realiseert de rechtbank zich ook dat de verdachte het verkeersongeval niet heeft gewild. Hij is erg jong, heeft na het ongeval nauwelijks professionele begeleiding gehad en wist zich tijdens de zitting geen raad met zijn eigen emoties.

De rechtbank meent bij de verdachte een zekere sociale en emotionele onrijpheid te zien. Tijdens de behandeling van de strafzaak kwam duidelijk naar voren dat de verdachte oprecht spijt heeft en dat hij gebukt gaat onder het onomkeerbare gevolg daarvan waar hij de rest van zijn leven mee moet leven.

Een gevangenisstraf is volgens de rechtbank passend en geboden. Wel ziet de rechtbank in de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, zoals hierboven beschreven, aanleiding om een deel daarvan voorwaardelijk op te leggen.

Al met al vindt de rechtbank een celstraf van 12 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk, op zijn plaats. Daarnaast krijgt de verdachte een taakstraf voor 180 uur en een rijontzegging van 3 jaar.