Volgens een rapport van de reclassering heeft de verdachte problemen op vrijwel alle leefgebieden. Hij heeft geen vaste woon- of verblijfplaats, geen inkomsten en geen structurele daginvulling. Ook kampt hij met problemen op psychosociaal gebied; hij heeft ADHD en er zijn aanwijzingen voor zowel een antisociale als obsessieve compulsieve persoonlijkheidsstoornis. Gelet op de ernst van de delicten, legt de rechtbank een celstraf op van 30 maanden, waarvan 10 maanden voorwaardelijk. Omdat het voor de verdachte noodzakelijk is dat hij vervolgens hulp en begeleiding krijgt om zijn leven anders in te richten, krijgt hij na zijn detentie een meldplicht, moet hij zich ambulant laten behandelen en begeleid gaan wonen.