De man verklaarde onder meer dat hij zijn vrouw alleen bang wilde maken. De
officier van justitie eiste echter 24 maanden celstraf, waarvan acht maanden voorwaardelijk, voor een poging tot
doodslag. De
rechtbank spreekt de man daarvan vrij. Volgens de
rechtbank is het onvoldoende duidelijk geworden met welk doel de
verdachte achter de vrouw aankwam. Dat hij een mes in zijn hand had, maakt dat niet anders. Het staat namelijk niet vast dat de man het mes ook daadwerkelijk wilde gebruiken om de vrouw te doden. De mogelijkheid dat de man dit wellicht had kunnen doen, is onvoldoende om tot een bewezenverklaring te komen.
Volgens de vrouw zou de man haar ook bij haar keel hebben vastgepakt en haar hebben geduwd. De
rechtbank oordeelt dat hiervoor onvoldoende
bewijs is en spreekt de
verdachte ook hiervan vrij.
De rechtbank oordeelt dat de bedreiging een grote indruk moet hebben gemaakt op de vrouw. Bovendien hebben ook anderen de man met een mes achter zijn partner aan zien rennen. Dit zorgt voor onrust en gevoelens van angst en onveiligheid. De man was onder invloed van alcohol, terwijl hij de negatieve werking op zijn gedrag kende. Daar staat tegenover dat de man niet eerder is veroordeeld voor soortgelijke vergrijpen. Een psychiater stelde vast dat de man vanwege verschillende psychische stoornissen en een alcoholverslaving verminder toerekeningsvatbaar is. Daarnaast weegt de rechtbank mee dat hij gemotiveerd lijkt om te stoppen met het gebruik van alcohol en wil gaan werken aan zijn psychische en sociale problemen. De rechtbank verbindt aan de voorwaardelijke celstraf als bijzondere voorwaarde onder meer dat hij zich laat behandelen aan zijn psychische problemen en zich moet melden bij Novadic-Kentron.