In oktober 2022 kwam er een melding binnen bij de politie dat drie jonge vrouwen met vier mannen naar een club in België zouden zijn gegaan en in de club en op de terugweg in de auto zouden zijn bedreigd, betast, verkracht, mishandeld en van hun vrijheid zouden zijn beroofd. De drie vrouwen meldden zich later zelf bij het politiebureau in Eindhoven.

De rechtbank oordeelt dat de 42-jarige verdachte één van de jonge vrouwen die bij hem op schoot zat in de rijdende auto, heeft verkracht. Dat deed hij door met zijn vingers bij haar binnen te dringen terwijl vijf anderen erbij waren. Daarnaast mishandelde hij deze vrouw en nog een van de andere vrouwen en bedreigde hij alle drie de vrouwen die in de auto zaten.

De oudere verdachte creëerde een uiterst bedreigende en intimiderende setting waarbij hij zijn macht wilde vertonen. Hij liet zich leiden door zijn eigen lustgevoelens en heeft de grenzen daarbij ver overschreden. Het handelen van de verdachte was beangstigend voor de slachtoffers en heeft grote impact op hen.

De 23-jarige verdachte heeft een van de slachtoffers betast door met zijn hand over haar been te wrijven, in haar billen te knijpen en zijn mond tegen de hare te drukken waarbij hij zijn tong in haar mond probeerde te stoppen. Daarmee maakte hij zich schuldig aan aanranding.

De rechtbank spreekt beide verdachten vrij van vrijheidsberoving. Volgens de rechtbank is niet bewezen dat zij de vrouwen van hun vrijheid hebben beroofd. Uit de verklaringen van de slachtoffers blijkt bijvoorbeeld niet dat ze hebben gevraagd of ze de auto mochten verlaten. Daarnaast zijn ze tussendoor nog bij een tankstation gestopt en werden de vrouwen vlakbij bij het huis van één van de vrouwen afgezet.

Bij de straf houdt de rechtbank rekening met de persoonlijke omstandigheden van beide verdachten. Zo heeft de 42-jarige verdachte een dwarslaesie, zit in een rolstoel en heeft last van decubitus (doorliggen). Daarom is een gevangenisstraf voor hem zwaarder dan voor een gemiddelde verdachte. Toch vindt de rechtbank een detentiegeschiktheidsonderzoek (dat de door de advocaat is verzocht) op dit moment niet noodzakelijk. Verdachte bevindt zich op dit moment niet in voorlopige hechtenis.

De 23-jarige verdachte heeft zich goed gehouden aan de schorsingsvoorwaarden. De rechtbank legt hem een gevangenisstraf op voor 99 dagen; de tijd die hij in voorarrest heeft gezeten. Per saldo heeft hij zijn straf dus uitgezeten en keert hij niet terug naar de gevangenis.

De 42-jarige verdachte krijgt een celstraf van 36 maanden en een verbod van 5 jaar om met een van de slachtoffers contact op te nemen. Daarnaast moeten beide verdachten een schadevergoeding betalen aan de slachtoffers.