Tussen maart 2009 en februari 2010 werden valse facturen opgemaakt van auto’s die zouden zijn verkocht of al waren verkocht. Daarmee werd de betaling van motorrijtuigenbelasting omzeild.
Volgens de rechtbank kan de verdachte niet worden aangemerkt als degene die opdracht gaf om de facturen te vervalsen. De verdachte stond op papier wel te boek als leidinggevende/directeur, maar vanwege bedreigingen door de neef van zijn voormalige compagnon had hij geen zeggenschap over het bedrijf. Volgens de rechtbank ondersteunen verklaringen van andere personen, waaronder zijn voormalige compagnon, dit verhaal. Daarnaast wijkt de lay-out van de vervalste facturen af van de gebruikelijke facturen van het bedrijf en is het bedrijfseconomisch gezien niet aannemelijk dat de verdachte op deze wijze zijn bedrijf zou inrichten, omdat dit vrijwel zeker verliezen oplevert.