Een vertrouwenspersoon van de ex-militair belde in januari van dit jaar naar het
alarmnummer om te melden dat de man in zijn polsen had gesneden. De
vertrouwenspersoon verzocht alleen een ambulance te sturen en geen politie, want
dat zou een escalerende werking op de man hebben. De politie ging echter toch op
de melding af en belde aan bij het appartement van de ex-militair in Best. De
politie liet de ambulance wachten tot de situatie veilig was gesteld.
De man
deed de voordeur van zijn appartement open en had camouflagekleding aan, een
bivakmuts op en een mes in zijn hand. Terwijl hij dit mes omhoog hield,
bedreigde hij de agenten te zullen doden. Toen de agenten de man wilden
aanhouden, verzette hij zich hevig. Daarom liet een hondengeleider van de
politie zijn hond los. De hond beet in de arm van de man, waarna hij kon worden
aangehouden. In de ambulance en later in het ziekenhuis uitte de man opnieuw
doodsbedreigingen richting de begeleidende politieagenten.
Volgens de
verdediging liet de politie door haar optreden de situatie escaleren. De
rechtbank oordeelt dat de politie wel degelijk op de juiste manier heeft
gehandeld.