De verdachten hebben zich ingelaten met de teelt van hennep. De praktijk leert dat dit steeds meer gepaard gaat met andere, ook zware vormen van criminaliteit. De broers hebben bovendien ruim 5 jaar crimineel geld witgewassen en hebben zo geprobeerd deze opbrengsten aan het zicht van justitie te onttrekken. Het vormt een aantasting van de legale economie en is, mede vanwege de ondermijnende invloed ervan op het legale handelsverkeer, een bedreiging voor de samenleving.
In strafmatigende zin weegt mee dat de broers volledige medewerking verleenden aan het onderzoek, dat zij hulp hebben gezocht om hun leven weer op orde te krijgen en dat het gaat om oudere feiten. In het geval van de vader weegt mee dat het ging om een bescheiden kwekerij. De rechtbank rekent het de man daarentegen zwaar aan dat hij een machinepistool in huis had. In zijn houdt de rechtbank er rekening mee dat de gezondheid van de man zowel lichamelijk als geestelijk sterk achteruit is gegaan. Bovendien heeft hij de gestolen elektriciteit inmiddels vergoed aan Enexis.
De rechtbank koppelt aan de voorwaardelijke celstraffen van de broers enkele bijzondere voorwaarden. De jongste man moet zich onder meer laten behandelen door een psycholoog en de andere verdachte moet meewerken aan een ambulante behandeling.