De Bossche Volkspartij vroeg de gemeente eind 2015 om een referendum te houden over het initiatiefvoorstel “Geen azc in ’s-Hertogenbosch”. De gemeente wees dit in december af. De initiatiefnemer van dit referendum vroeg vervolgens aan de rechter de activiteiten van de gemeente om Coudewater gereed te maken voor de komst van asielzoekers, stil te leggen.

De voorzieningenrechter stelt vast dat de gemeente ’s-Hertogenbosch het besluit om mee te werken aan een azc al in april 2015 nam. De activiteiten van de gemeente om deze vestiging voor te bereiden, zijn een gevolg van dat besluit. Het is dus geen gevolg van het onlangs genomen besluit van de gemeente om het referendum af te wijzen, oordeelt de rechter. De initiatiefnemer kan met zijn verzoek dan ook niet bereiken wat hij wil. Als de rechter al zou besluiten dat het referendum onterecht is afgewezen, blijft het gemeentelijke besluit van april 2015 om mee te werken aan een azc immers van kracht. Dat betekent kort gezegd dat de voorbereidingen door het verzoek van de initiatiefnemer niet kunnen worden stilgelegd. Daarom verklaart de rechter het verzoek niet-ontvankelijk.