De vader en de zoon verwerkten in augustus en september 2015 meerdere keren hennep voor de bevoorrading van coffeeshops en de moeder werkte daar in augustus 2015 aan mee. De vader had een grote hoeveelheid gedroogde hennep en 13 hennepplanten in zijn woning. De zoon had hennep, hennepproducten en 52 xtc-pillen in zijn bezit. Daarnaast gebruikte de zoon een valse werkgeversverklaring en een valse arbeidsovereenkomst om een hypothecaire geldlening te krijgen.
Bij het bepalen van de straf van de vader en de zoon weegt de rechtbank mee dat zij eerder veroordeeld zijn voor soortgelijke drugsfeiten. Voor de straf van de zoon weegt de rechtbank ook mee dat hij zich schuldig heeft gemaakt aan valsheid in geschrift. Hij heeft bij het verkrijgen van de hypotheek ernstig misbruik gemaakt van het vertrouwen dat in hem als klant werd gesteld. De rechtbank legt de taakstraf van de moeder deels voorwaardelijk op om haar ervan te weerhouden opnieuw strafbare feiten te plegen. De zoon pleegde de feiten in de proeftijd van een eerdere veroordeling. Daarom oordeelt de rechtbank dat hij de voorwaardelijke gevangenisstraf van die veroordeling, 4 maanden, alsnog moet uitzitten.