Het steekincident maakte zeer veel indruk op het slachtoffer en de overige gezinsleden. De vrouw belde haar echtgenoot vlak na het incident en nam, terwijl zij hevig bloedde, afscheid van hem omdat zij dacht dat ze aan haar verwondingen zou overlijden. Ook nu nog kampt zij met zowel fysieke als psychische klachten. Desondanks hoopt zij dat haar zoon de hulp krijgt die hij nodig heeft.
De verdachte was tijdens de poging tot moord minderjarig en wordt dan ook volgens het jeugdstrafrecht berecht. Dit betekent dat de rechtbank veel meer rekening houdt met de persoonlijke ontwikkeling van de verdachte dan bij volwassenen. In dit geval is het delict in verminderde mate toe te rekenen aan de verdachte. Volgens een psycholoog en een psychiater is er namelijk sprake van een autismespectrumstoornis met duidelijke beperkingen in de omgang met anderen.
De rechtbank vindt het verder van belang dat de verdachte op relatief korte termijn de noodzakelijke behandeling in de vorm van een PIJ-maatregel krijgt om herhaling te voorkomen. Bovendien vinden de ouders van de verdachte behandeling van hun zoon belangrijker dan een langdurige straf.