Laden...

Man behoudt voorlopig zijn Nederlanderschap

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksRechtbank Oost-Brabant > Nieuws > Man behoudt voorlopig zijn Nederlanderschap
's-Hertogenbosch, 22 december 2017

De voorzieningenrechter van de rechtbank Oost-Brabant bepaalde vandaag dat een 62-jarige man zijn Nederlanderschap vooralsnog mag behouden.

De man is geboren in Rwanda en verblijft sinds 1999 in Nederland. In september 2006 is aan hem het Nederlanderschap verleend. Enige tijd geleden trok de staatssecretaris dit echter in. De man maakte bezwaar tegen deze beslissing, maar dat verklaarde de staatssecretaris in september van dit jaar ongegrond. Vervolgens stapte de man naar de rechter en vroeg, in afwachting van de behandeling van de beroepszaak, of de voorzieningenrechter wilde bepalen dat hij zijn paspoort in ieder geval mag behouden tot in zijn beroepszaak is beslist.

Standpunten

De staatssecretaris trok het Nederlanderschap in omdat er volgens hem ernstige redenen zijn om aan te nemen dat de man betrokken was bij de genocide in Rwanda in 1994. Dit heeft de man tijdens zijn toelatings- en naturalisatieprocedure niet vermeld, terwijl hij wist dat dit in die procedures van groot belang was.

De man is het er niet mee eens dat zijn Nederlanderschap is ingetrokken. De procedure loopt al vanaf januari 2014 en daarnaast is hij al bijna 18 jaar in Nederland. Tijdens die periode heeft hij zich volgens eigen zeggen aan de wet gehouden, geen problemen veroorzaakt voor de openbare orde en op verschillende manieren bijgedragen aan de Nederlandse samenleving. Hij wil zijn paspoort behouden omdat hij dit nodig heeft om voor zijn werk naar Senegal en terug te reizen.

Oordeel voorzieningenrechter

De rechter stelt vast dat de vraag of er ernstige redenen zijn om te veronderstellen dat de man betrokken is geweest bij de genocide in Rwanda, veel te complex is om te beantwoorden in een spoedprocedure als deze. De rechtmatigheid of onrechtmatigheid van het besluit om het Nederlanderschap in te trekken valt dus niet zonder diepgravend onderzoek vast te stellen. Daarom beperkt de voorzieningenrechter zich tot een belangenafweging: het belang van de man tegenover dat van de staatssecretaris. De rechter oordeelt dat het belang van de man op dit moment zwaarder weegt. Hij kan zonder zijn paspoort niet reizen en heeft gemotiveerd en onderbouwd gesteld dat hij vanwege zijn werk naar Senegal en terug moet kunnen reizen. Verder betrekt de rechter bij dit oordeel dat de man al bijna 18 jaar in Nederland is, de procedure al bijna 4 jaar duurt en dat de zitting in zijn beroepszaak gepland is op 20 maart 2018. Alles bij elkaar betekent dit dat de man zijn paspoort mag behouden tot is beslist in zijn beroepszaak.

Uitspraak