Volgens de officier van justitie was er sprake van een vooropgezet plan en dus van moord. De rechtbank oordeelt anders. De verdachte verklaarde dat hij voor en tijdens de vijf minuten durende wandeling niet van plan was zijn buurvrouw te doden. Ook zou hij vaker met een mes op zak van huis zijn gegaan. Volgens de verdachte kwam het pas bij hem op om zijn buurvrouw neer te steken door de botte reactie die zij gaf op zijn klacht over geluidsoverlast. Dit kan niet door bewijzen worden weerlegd, dus spreekt de rechtbank hem vrij van een vooropgezet plan en dus moord. Wel is er sprake van doodslag.
Er is bij de verdachte volgens een psychiater en psycholoog sprake van schizofrenie, een chronisch psychiatrische stoornis. De verdachte heeft waanideeën en hallucinaties en werd hiervoor al jaren behandeld. In de periode voorafgaand aan het incident is geprobeerd de medicatie af te bouwen en daardoor namen de psychotische klachten toe. De deskundigen stellen dat er sterke aanwijzingen zijn dat de verdachte tijdens het delict volledig ontoerekeningsvatbaar was. De rechtbank gaat daarin mee en oordeelt dat de verdachte volledig ontoerekeningsvatbaar is. Dit betekent dat hij niet strafbaar is en dat hij wordt ontslagen van alle rechtsvervolging.