Volgens de rechtbank maakte de verdachte zich schuldig aan een poging tot doodslag. Het muurtje is slechts 40 centimeter breed en aan de achterkant ligt, 5 meter lager, een harde zandgrond. Door het slachtoffer, die met zijn rug naar het water op dit muurtje zat, met kracht in het gezicht te slaan, aanvaardde de verdachte de aanmerkelijke kans dat de man naar beneden zou vallen en daardoor zou overlijden.
Bij het bepalen van de straf houdt de rechtbank er rekening mee dat de verdachte zich in het geheel niet bekommerde om het leven van het slachtoffer en dat hij diens leven op het spel zette. Het slachtoffer brak door de val zijn borstbeen en wervels, waarvoor een ingrijpende operatie noodzakelijk was. Verder weegt mee dat de verdachte fors onder invloed van alcohol was, zelf de confrontatie zocht en dat hij direct na het voorval weg is gelopen. Ook zat hij in de proeftijd van een eerdere veroordeling. De rechtbank oordeelt dat de verdachte de eerder voorwaardelijk opgelegde celstraf van 1 week nu alsnog moet uitzitten.