In juli 2020 verleende de provincie Noord-Brabant een natuurvergunning aan de vleesverwerker voor het uitbreiden en wijzigen van haar bedrijf in Boxtel.

Het pand van het vleesverwerkingsbedrijf ligt op ongeveer 1,7 kilometer van Natura 2000-gebied Kampina & Oisterwijkse Vennen. Volgens een omwonende en de Brabantse Milieufederatie had de vergunning niet mogen worden afgegeven omdat er met de vergunning een toename van stikstof op het nabijgelegen natuurgebied zou ontstaan.

Bij het verlenen van de vergunning heeft de provincie gebruikgemaakt van het zogeheten AERIUS om te berekenen hoeveel stikstof door de plannen ontstaan. De rechtbank Oost-Brabant heeft de Stichting Advisering Bestuursrechtspraak (StAB) om advies gevraagd. In navolging van het advies van StAB ziet de rechtbank geen reden om te twijfelen aan de berekening.

Uit de AERIUS-berekening blijkt dat er geen sprake is van een toename van de stikstof op het Natura 2000-gebied met de plannen van het vleesbedrijf. Volgens de rechtbank was de natuurvergunning die de provincie in 2020 verleende daarom helemaal niet nodig. Wel is het gebruik van een elektrische trekker voor het verplaatsen van lege trailers en het klaarzetten van volle trailers voor transport noodzakelijk om binnen de vergunde maximale stikstofdepositie te blijven.

De rechtbank vernietigt de natuurvergunning van de vleesverwerker omdat het bedrijf voor de wijzigingen geen natuurvergunning nodig heeft. Deze uitspraak zal in de plaats treden van de vergunning. De rechtbank merkt nadrukkelijk op dat als de vleesverwerker géén gebruik maakt van de elektrische trekker er wél sprake is van een toename van stikstof op Natura 2000-gebieden. De provincie kan eenvoudig controleren of de elektrische trekker wel of niet wordt gebruikt.