Volgens de officier van justitie was er sprake van onder meer een poging tot doodslag, omdat de verdachte vanaf een meter afstand in de lies van het slachtoffer schoot. De verdachte ontkende dat hij degene was die het vuurwapen heeft gebruikt.
De rechtbank kan uit de medische verklaring niet afleiden wat het letsel precies inhoudt en of dit in potentie dodelijk kon zijn. Het is slechts duidelijk dat de kogel via de lies in de bil terecht is gekomen en dat de kogel niet kon worden verwijderd. De genezingsduur is geschat op 2 tot 3 weken. Dit alles betekent dat er onvoldoende bewijs is dat er een aanmerkelijke kans bestond dat het slachtoffer zou komen te overlijden. De rechtbank spreekt de verdachte daarom vrij van een poging tot doodslag. Dit geldt ook voor zware mishandeling, want er is geen sprake van ernstig letsel. Wel vindt de rechtbank dat de verdachte, door met een vuurwapen op de lies van het slachtoffer te schieten, in ieder geval bewust de aanmerkelijke kans aanvaardde dat het slachtoffer zwaar letsel zou oplopen. De rechtbank kwalificeert de schietpartij daarom als een poging tot zware mishandeling van het slachtoffer.