Laden...

Taxichauffeur vrijgesproken van verlaten plaats dodelijk ongeval

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksRechtbank Oost-Brabant > Nieuws > Taxichauffeur vrijgesproken van verlaten plaats dodelijk ongeval
's-Hertogenbosch, 25 november 2016

Een 58-jarige taxichauffeur uit 's-Hertogenbosch is zojuist vrijgesproken van het verlaten van de plaats van een ongeval zonder hulp te verlenen aan een passagier. Evenals de officier van justitie is de rechtbank Oost-Brabant van oordeel dat er onvoldoende bewijs is dat de man had kunnen weten dat de passagier (dodelijk) gewond was.

De passagier stapte in mei 2014 na een stapavond in ‘s-Hertogenbosch alleen in de taxi van de verdachte. Op de Bosschebaan in Sint Michielsgestel raakte de passagier uit de taxi en werd kort daarop ernstig gewond aangetroffen door getuigen. Diezelfde getuigen zagen de taxi langzaam rijden en vervolgens wegrijden richting ’s-Hertogenbosch. De passagier overleed later die dag in het ziekenhuis aan zijn verwondingen.

Onderzoek naar de oorzaak van de verwondingen biedt geen uitsluitsel over de vraag hoe het fatale letsel aan het hoofd van de passagier is ontstaan of bij welke snelheid hij uit de auto is geraakt. Volgens de taxichauffeur ontstond er onderweg onenigheid tussen hem en de passagier over de betaling van de taxirit. De passagier beweerde al te hebben betaald. De taxichauffeur besloot met de passagier terug te rijden naar ’s-Hertogenbosch. De chauffeur verklaarde dat de passagier vervolgens aan de handrem zou hebben getrokken, waarna hij uit de taxi is geraakt. De chauffeur zou daarna nog in zijn spiegel hebben gekeken, maar niets hebben gezien. Hij is er vanuit gegaan dat de passagier was weggerend. De chauffeur maakte zijn administratie in orde, noteerde dat de passagier niet had betaald en vervolgde zijn route. Na aankomst in ’s-Hertogenbosch heeft hij dit verhaal ook verteld aan 2 politieambtenaren die hij op straat tegenkwam.

Vrijspraak

De verklaringen van de taxichauffeur worden ondersteund door onder meer het sporenonderzoek van de politie, met name het blokkeerspoor dat op de weg is aangetroffen, en de omstandigheid dat er in de portemonnee van de passagier te weinig geld zat om de rit te kunnen betalen. Volgens de rechtbank komen het gedrag en de uitlatingen van de chauffeur direct na het ongeval overeen met elkaar en met zijn verklaringen die hij later bij de politie en op de zitting heeft afgelegd. Ook wordt de door de chauffeur geschetste toedracht van het ongeval niet weerlegd door de bewijsmiddelen. Naar het oordeel van de rechtbank kan niet worden bewezen dat de chauffeur ten tijde van het ongeval of na het ongeval iets heeft gehoord of gezien op grond waarvan hij wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat aan de passagier bij dit ongeval letsel was toegebracht. Er kan daarom niet worden bewezen dat de chauffeur de plaats van het ongeval heeft verlaten terwijl hij wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat de passagier gewond was.

Uitspraken