De verdachte viel in juli van dit jaar in Eindhoven op straat een passant aan met een schaar. Hij stak het slachtoffer in de arm, schouder en buik. Het slachtoffer verloor veel bloed en moest de steekwonden laten hechten.

De verdachte is onderzocht door een psycholoog en een psychiater. Deze deskundigen concluderen dat er bij de man sprake is van een psychotische stoornis. De verdachte was (en is) in de waan dat er op internet een filmpje staat waarop te zien is dat een andere man seksuele handelingen bij hem verricht. Hij denkt dat iedereen van dat filmpje weet en dat hij daarom in Eindhoven op straat wordt herkend. Toen de verdachte in juli het slachtoffer zag lopen en met zijn gezelschap hoorde lachen, dacht hij dat ze hem vanwege het filmpje uitlachten. Deze verstoorde realiteit heeft bij de verdachte tot een onbeheerste woedeaanval geleid, met het steken met de schaar tot gevolg.

De rechtbank beschouwt de verdachte op advies van de deskundigen als volledig ontoerekeningsvatbaar. Dit betekent dat hij niet strafbaar is voor de poging tot doodslag. De rechtbank ontslaat de man dan ook van alle rechtsvervolging. Wel legt de rechtbank hem de maatregel van tbs met dwangverpleging op. De rechtbank acht de man zo gevaarlijk voor de maatschappij dat de behandeling van zijn ziekelijke stoornis in een tbs-kliniek moet plaatsvinden. Alleen op die manier kan de maatschappij tegen de verdachte worden beschermd.