De deskundigen stellen dat er een grote kans op herhaling is als de verdachte niet wordt behandeld aan haar psychische problemen. Het opleggen van een behandeling is om de maatschappij te beschermen en moet daarom toegesneden zijn op dat wat nodig is om de kans op herhaling terug te dringen. Dat betekent dat het niet automatisch zo is dat de ernstigste delicten vragen om de zwaarste maatregel. Tbs met dwangverpleging, zoals door de officier van justitie geëist, wordt opgelegd als moet worden aangenomen dat een verdachte zich niet zal houden aan eventueel op te leggen voorwaarden. In dit geval is daar geen sprake van. De rechtbank gelooft net als de deskundigen dat de verdachte zich hiervoor in wil zetten. Tbs met dwangverpleging zou in dit geval zelfs schadelijk kunnen zijn, omdat in een dergelijke setting minder mogelijkheden zijn om relatief snel weer te herstellen. Daarbij weegt mee dat het grootste deel van de kans op herhaling al weggenomen kan worden door het gebruik van medicatie. De rechtbank legt daarom tbs met voorwaarden op. Dit moet ervoor zorgen dat zij geen andere slachtoffers kan maken.
De voorwaarden waaraan de verdachte zich moet houden zijn onder meer opname in een zorginstelling, een ambulante behandeling, begeleid wonen, een alcohol- en drugsverbod en een contactverbod met de vader van haar halfzus.
Omdat tbs met voorwaarden maximaal 9 jaar kan duren en de rechtbank nu niet kan overzien hoe lang het behandeltraject zal duren, krijgt de verdachte ook een gedragsbeïnvloedende en vrijheidsbeperkende maatregel opgelegd. Dit betekent dat deskundigen tegen het einde van de tbs moeten beoordelen hoe groot de kans op herhaling nog is en welke behandeling of toezicht moet volgen om de maatschappij zo goed mogelijk tegen de verdachte te beschermen. De rechtbank kan dat vervolgens alsnog opleggen.