De 49-jarige verdachte startte op 1 februari 2014 een bedrijf in België. Op naam van zijn onderneming zijn in ruim een jaar tijd een groot aantal bestellingen van chemicaliën gedaan. In totaal ging het om ruim 100.000 kilo aan onder meer aceton, ethanol, zoutzuur, methanol, fosforzuur, caustic soda, mono-methylamine en zwavelzuur. Deze chemicaliën kunnen worden gebruikt voor de productie van synthetische drugs zoals MDMA, (met)amfetamine en GHB en zijn afgeleverd bij loodsen die de man huurde in het Belgische Overpelt en een loods op de grens met Nederland. Daarnaast bestelde de verdachte verschillende voorwerpen, zoals een speciale vriezer en tabletteermachines, die gebruikt kunnen worden om harddrugs te maken.

De 48-jarige verdachte uit Schaijk was betrokken bij 4 leveringen van chemicaliën en trad daarbij op als bemiddelaar tussen het Belgische bedrijf en de verschillende afnemers. De 38-jarige man uit Veldhoven bestelde in januari 2015 grote partijen zoutzuur en in december 2015 een grote partij mono-methylamine bij het Belgische bedrijf en kwam die zelf afhalen in de loods in Overpelt. De andere afnemer, de man uit Venray, huurde een loods in Meerlo waar de politie in maart vorig jaar hardware voor drugslabs en grote partijen chemicaliën aantrof afkomstig uit de loods in Overpelt. In de loods in Meerlo stond bovendien een gestolen auto en er lagen een automatisch vuurwapen en een pistool met munitie. Van de chemicaliën die de afnemers en bemiddelaar op enig moment in bezit hadden, werden later resten aangetroffen in drugslabs in Geesteren en in het Belgische Ravels en Balen.

De rechtbank veroordeelde vandaag ook een 47-jarige man uit Schijndel, die betrokken was bij deze zaak. Hij krijgt een voorwaardelijke celstraf van 3 maanden en een taakstraf van 100 uur voor valsheid in geschrift. De man ging in op een voorstel om een factuur voor chemicaliën op naam van zijn bedrijf te zetten en gaf daarvoor zijn bedrijfsgegevens af. Vervolgens betaalde hij deze factuur met een contant bedrag van 28.000 euro dat hij hiervoor van een onbekende had gekregen. Hij boekte dit geld over naar het Belgische bedrijf.
Een zesde verdachte in deze zaak, een 60-jarige man uit Made, is door de rechtbank vrijgesproken van betrokkenheid bij de voorbereidingshandelingen voor de productie van harddrugs. Deze man was door de 48-jarige bemiddelaar benaderd om zijn netwerk in Oost-Europa in te zetten om leveranciers te vinden voor producten die op een lijstje van de bemiddelaar stonden, waaronder mono-methylamine.  Volgens de rechtbank kan niet worden vastgesteld dat hij ernstige reden had om te vermoeden dat de  deze stof zou worden gebruikt voor de productie van synthetische drugs.

Hoewel de verdachten niet zelf de harddrugs hebben geproduceerd, vindt de rechtbank hun gedrag zeer laakbaar. Met hun bedrijfsmatige activiteiten faciliteren zij namelijk drugsproducenten en houden daarmee de productie van drugs in stand. Het is algemeen bekend dat het gebruik van synthetische drugs leidt tot risico’s voor de gezondheid en verslavingsproblematiek. De chemische processen bij de productie van drugs, de ongecontroleerde opslag van chemicaliën en de dumpingen van drugsafval brengen ook grote veiligheids- en gezondheidsrisico’s met zich mee. Daarnaast is de productie van en de handel in harddrugs in handen van grote, georganiseerde criminele organisaties die daarmee grote winsten maken en hun belangen beschermen met geweld en bedreiging met geweld. De verdachten stellen hen in staat buiten beeld van justitie te blijven.