Ryanair zegt zelf op 3 september 2018 te hebben beslist dat de basis in Eindhoven op 5 november 2018 zou worden gesloten. Toch drong zij in reactie op dreigende stakingsacties aan op samenwerking om sluiting van die basis te voorkomen. Duidelijk is dat Ryanair niet echt openstond voor verdere samenwerking en onderhandelingen. Met deze gang van zaken rond de sluiting, waarbij de onoprechte houding richting de eigen werknemers en de oneigenlijkheid van de gebruikte argumenten in het oog springen, heeft Ryanair het vertrouwen van de piloten ernstig geschonden. Hierdoor zijn de arbeidsverhoudingen ernstig verstoord geraakt. Daarbij komt dat de voorzieningenrechter op 1 november 2018 besliste dat de piloten vooralsnog niet eenzijdig mochten worden overgeplaatst. Op diezelfde dag werd de piloten gevraagd in te stemmen met vrijwillige overplaatsing, omdat anders een ontslagprocedure vanwege boventalligheid zou volgen. De piloten dachten hierdoor dat Ryanair de beslissing van de voorzieningenrechter negeerde. In plaats van zich in te spannen om de arbeidsverhouding te normaliseren, gooide Ryanair op die manier olie op het vuur. Dit alles maakt dat Ryanair ernstig verwijtbaar handelde.
Ryanair moet de 6 piloten daarom een zogeheten transitievergoeding betalen variërend van ruim 5.000 tot ruim 51.000 euro. Daarnaast verzochten de piloten om vergoedingen voor geleden schade, omdat zij in hun nieuwe baan een lager inkomen en/of minder promotiemogelijkheden hebben. De rechtbank stelt vast dat in de wet is opgenomen wanneer een werknemer bij het einde van zijn dienstverband aanspraak kan maken op een (schade)vergoeding. De situatie dat een werknemer zelf zijn arbeidsovereenkomst opzegt valt hier niet onder. Die vorderingen wijst de rechtbank dan ook af.