De mannen waren in augustus 2017 bezig met werkzaamheden bij een voetbalclub in Heesch. De verdachte bestuurde de hijskraan en het slachtoffer stond zonder helm of valbescherming op een portacabin die aan de hijskraan hing. Het slachtoffer maakte 2 van de 4 hijskettingen los. Op enig moment liet de verdachte de hijskraan zwenken; hierdoor raakte één van de hijskettingen het slachtoffer en viel hij van de portacabin. Het slachtoffer overleed een dag later aan zijn verwondingen.

Bij het bepalen van de straf weegt de rechtbank onder meer mee dat het tragische ongeval voorkomen had kunnen worden. De verdachte had zijn werkzaamheden moeten staken op het moment dat hij constateerde dat een persoon zich zonder helm en valbescherming op het dak van de portacabin begaf.

De rechtbank realiseert zich dat het slachtoffer zelf werkzaam was in de bouw en op de hoogte moet zijn geweest dat een helm en valbescherming in deze situatie verplicht was. Desalniettemin rust op de verdachte als kraanmachinist een eigen verstrekkende verantwoordelijkheid om geen bewegingen met de kraan te maken als hij constateert dat de veiligheid onder (het bereik van) de kraan niet is gewaarborgd. Volgens de rechtbank is de verdachte daarin ernstig tekortgeschoten.

De rechtbank ziet in dat op een werkterrein door verschillende omstandigheden soms niet alle benodigde veiligheidsmaatregelen strikt worden nageleefd. Met het opleggen van deze straf wil de rechtbank de ernst van de potentiële gevolgen van het niet naleven van die verplichte veiligheidsmaatregelen tot uitdrukking brengen.