Op 7 december 2013 had het slachtoffer afgesproken naar de woning te komen van de 38-jarige verdachte. Het slachtoffer reed met twee anderen naar een parkeerplaats in de omgeving en ging alleen naar de woning. Toen het slachtoffer bij de woning aankwam, kwamen de verdachten naar buiten. De 38-jarige verdachte had een mes meegenomen uit de woning. Volgens hem had de medeverdachte ook een mes bij zich, maar die ontkent dat. Vervolgens vluchtte het slachtoffer terwijl hij zijn linkerhand op zijn zij hield. Omwonenden troffen het slachtoffer later zwaargewond aan. Twee maanden na het incident vond de politie een mes in een tuin in de buurt van de woning van de 38-jarige verdachte, met daarop een bloedspoor met het DNA-profiel van het slachtoffer. Het mes is soortgelijk aan een mes uit een messenset in de woning van de 38-jarige verdachte. Volgens de rechtbank kan het niet anders zijn dan dat het slachtoffer bij zijn ontmoeting met de verdachten met dat mes gestoken is. De twee mannen, met wie het slachtoffer naar Eindhoven gekomen was, waren te ver verwijderd van de plaats delict om de messteek te hebben kunnen toebrengen. Dat moet dus zijn gedaan door een van de verdachten.

Het slachtoffer, een van de twee personen die met het slachtoffer mee was gekomen en de twee verdachten, verklaren verschillend over wat er gebeurd is. De 38-jarige man heeft wel verklaard dat hij een mes bij zich had, maar op enkele meters van het slachtoffer was blijven staan en hem niet heeft gestoken. De belastende verklaringen van de 43-jarige verdachte en van een van de twee mannen die met het slachtoffer naar Eindhoven was gekomen, wijzen in de richting van de 38-jarige man als mogelijke dader. Daar staat echter tegenover dat het slachtoffer zelf steeds heeft betwist dat de 38-jarige man de dader was. Volgens het slachtoffer heeft juist de andere verdachte hem gestoken. Een getuige heeft de 38-jarige verdachte aangewezen als de dader, maar de beschrijving van die getuige van het mes dat deze verdachte in handen had, past niet bij het later gevonden steekwapen. Beide verdachten ontkennen dat zij de dader zijn. Omdat de ware toedracht van het steekincident onvoldoende is komen vast te staan, spreekt de rechtbank beide mannen vrij van het medeplegen van de poging tot doodslag.