Laden...

Vrouw uit Rotterdam krijgt voorwaardelijke taakstraf voor heling

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksRechtbank Oost-Brabant > Nieuws > Vrouw uit Rotterdam krijgt voorwaardelijke taakstraf voor heling
's-Hertogenbosch, 24 februari 2015

De rechtbank Oost-Brabant heeft een 47-jarige vrouw uit Rotterdam veroordeeld tot een voorwaardelijke taakstraf van dertig uur voor schuldheling van 17.500 euro.

De 47-jarige vrouw had aan haar toenmalige vriend haar bankpas en pincode gegeven. De vrouw stond toe dat hij haar rekening gebruikte. In mei 2010 stortte een man ruim 17.500 euro op de rekening van de vrouw. Het slachtoffer dacht het geld over te maken aan een leverancier van zijn pluimveebedrijf. Hij wist echter niet dat de factuur van de leverancier door derden was vervalst. Het rekeningnummer van die leverancier was gewijzigd en de betaling ging daardoor naar de verkeerde.

Volgens de rechtbank had de vrouw toen ze het geld gestort kreeg, moeten beseffen dat dit bedrag geen salarisbetaling voor haar vriend was, zoals hij beweerde. Ze had dit volgens de rechtbank onder meer kunnen vermoeden omdat dit forse bedrag afkomstig was van iemand die zij totaal niet kende en ze wist dat haar vriend financiële problemen had. Ook mocht ze hem niet vragen naar de herkomst van het geld en moest ze het snel van hem overboeken naar haar andere rekening.

De rechtbank spreekt de vrouw vrij van het medeplegen van en medeplichtigheid aan oplichting, omdat er volgens de rechtbank onvoldoende bewijs is dat er een nauwe en bewuste samenwerking was met haar toenmalige vriend.
Uit vrees dat haar vriend bij haar weg zou gaan, heeft de vrouw ervoor gekozen de ogen te sluiten. Daarmee heeft ze de financiële gevolgen voor het slachtoffer op de koop toegenomen. In het voordeel van de vrouw weegt de rechtbank mee dat de redelijke termijn waarbinnen haar zaak door de officier op zitting is gebracht, is overschreden met zestien maanden. Daarom legt de rechtbank de taakstraf geheel voorwaardelijk op.

Uitspraken